Filter op opleidingsniveau

 

           

Sinds 2018 zijn de universitaire lerarenopleidingen voor de exacte vakken (biologie, natuurkunde, scheikunde en wiskunde) overgegaan in de overkoepelende lerarenopleiding m leraar vho in de betawetenschappen. Sindsdien is de instroom van universitaire lerarenopleiding voor specifieke vakken niet meer te achterhalen. In onderstaande figuur wordt de instroom getoond voor de m leraar vho in de betawetenschappen en wordt een schatting getoond van de instroom voor de lerarenopleiding chemie binnen die master. De schatting is gebaseerd op het aandeel van de universitaire lerarenopleiding chemie (18,4%) in de totale instroom van de universitaire lerarenopleidingen voor de exacte vakken over de periode 2007-2017. Daarvoor is gebruik gemaakt van de oude instroomcijfers van DUO, waar het onderscheid tussen de exacte vakken nog wel kon worden gemaakt. 

Sinds 2018 zijn de universitaire lerarenopleidingen voor de exacte vakken (biologie, natuurkunde, scheikunde en wiskunde) overgegaan in de overkoepelende lerarenopleiding m leraar vho in de betawetenschappen. Sindsdien is de uitstroom van universitaire lerarenopleiding voor specifieke vakken niet meer te achterhalen. In onderstaande figuur wordt de uitstroom getoond voor de m leraar vho in de betawetenschappen en wordt een schatting getoond van de uitstroom voor de lerarenopleiding chemie binnen die master. De schatting is gebaseerd op het aandeel van de universitaire lerarenopleiding chemie (17,8%) in de totale uitstroom van de universitaire lerarenopleidingen voor de exacte vakken over de periode 2008-2018. Daarvoor is gebruik gemaakt van de oude uitstroomcijfers van DUO, waar het onderscheid tussen de exacte vakken nog wel kon worden gemaakt. 

In onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de arbeidsmarkt voor leraren scheikunde voor de periode 2019-2024. De data is gebaseerd op prognoses die zijn gemaakt door CentERdata in opdracht van het ministerie van OCW. Het prognosemodel bestaat uit onderstaande onderdelen (voor meer informatie over het prognosemodel, kunt u de website raadplegen)

  • Werkgelegenheid lerarendit geeft de mate van vraag naar leraren aan. De werkgelegenheid is gelijk aan de som van vervulde vraag (de huidige werkenden) en onvervulde vraag. Als er geen onvervulde vraag is, is het aantal fte leraren dat werkt gelijk aan de werkgelegenheid.
  • Uitbreidingsvraag leraren: de veranderingen in de werkgelegenheid tussen twee jaren. Deze kan ook negatief zijn in het geval van krimp
  • Vervangingsvraag leraren: dit is de vraag naar leraren die optreedt omdat personen uit de sector stromen (pensioen of anderszins), minder gaan werken, of een andere functie binnen de sector gaan bekleden. In het algemeen is de uitstroom uit de sector veruit de grootste component van de vervangingsvraag.
  • Extra aanbod: hieronder vallen de instroom (het aantal fte dat jaarlijks in het onderwijs gaat werken), maar ook bijvoorbeeld het meer gaan werken van zittende leraren, minder gebruik van de seniorenregeling en al in de sector werkende personen die de functie van leraar gaan bekleden, bijvoorbeeld vanuit de functie van directeur.
  • Onvervulde vraag leraren: de onvervulde werkgelegenheid die resteert na instroom.

Niet alle indicatoren worden ook daadwerkelijk gepubliceerd. Hieronder worden de indicatoren getoond die wel worden gepubliceerd. Het gaat om de instroom (het aantal fte dat jaarlijks in het onderwijs gaat werken), onvervulde vraag, vervangingsvraag en werkgelegenheid.